Sint-Katelijnestraat 14. Foto Michel Vuijlsteke maart 2014

Verbouwd in 1705 door Steven de Muynck, meester-metselaar.

Voorgevel aangepast in 1817 door baron de Zinzerling en in 1828 opgehoogd door Juffr. Gillis.

In de 19de eeuw was er een klein beluikje op de binnenkoer, met twee piepkleine huisjes (vloeroppervlak niet veel meer dan 12 m²), een 19de-eeuwse verbouwing van een 16de- of 17de-eeuws achterhuis.

Eigenaars tot 1830:

  • 1325-1360: Heinric den Wulslagere, lakenhandelaar
  • 1360-1370: Jan de Poertere
  • 1370-1418: Wed. Jan de Poortere (voor de helft) en Lieven van Eghelen (andere helft), Pieter Geeraerts
  • 1418-1442: Bate en Lievin Grielkins samen met Willen vanden Borgh, Timmerman
  • 1442-1495: Cotidiane van St-Jacobskerk en Pieter Rufaert, Jan de Rose, Pieter Bruyhaert, Martin Coolman, Kathelyne Coolman
  • 1495-1563 (“Huusekin”): Pieter Temmerman, Jan vander Maeren, Franchois van Hese, Margriete sMoors (de Moor)
  • 1563-1582 (“Huus”): Lievin Persivale, Jan Kinssins, Lieven vander Venne
  • 1582-1642: Lieven vander Venne, Jan Parys, Loys Meirschaut, Jan Martyn
  • 1642-1700: Jan Martyn, Cornelis Martyn, Anthone Maertyn, Cicilia Martyn (+1699)
  • 1700-1733: Johannes Bellemans (eigenaar van de Pelikaan)
  • 1733-1781: Agatha Bellemans x J. de Lampreel
  • 1781-1828: Baron de Zinzerling (woonde aan de Prinsenhof)
  • 1828- : Juffr. Gillis (ook eigenares van nr. 16)

Na 1830 zijn de eigenaars te vinden in het kadaster.